Vader mist zijn kinderen
25.2.031
Een man komt thuis nadat hij een week weg is geweest voor zijn werk. Zijn vrouw en kinderen zijn weg. Hij weet niet waar ze zijn en er is geen bericht voor hem achtergelaten. Wel krijgt hij een brief van WIJ dat ze met hem willen praten over zijn vrouw. Hij gaat naar het gesprek en hoort dat zijn vrouw wil scheiden. De man wil zijn kinderen zien, maar WIJ zegt dat dit niet kan. Waarom wordt de man niet duidelijk. Hij krijgt ook niet te horen waar ze zijn. Zelfs als de medewerkers daarna bij hem thuiskomen, vertellen ze niet waar de kinderen zijn. Hij hoort alleen dat hij gebeld zal worden door de instantie waar de kinderen zijn. Welke instantie dit is, krijgt hij niet te horen. En hij wordt ook niet gebeld.
De man voelt zich niet goed behandeld door WIJ en dient daarover een klacht in. Tijdens de behandeling van zijn klacht hoort hij opnieuw dat hij gebeld zal worden. Hij heeft zijn telefoon altijd bij zich maar er komt geen belletje. Dit zorgt voor veel stress. Hij vraagt tijdens een bezoek aan de ombudsman of er een belafspraak gemaakt kan worden. De ombudsman vraagt dit na bij WIJ. WIJ zegt dat de instantie de man wel heeft gebeld, maar dat hij niet opnam. WIJ denkt dat de man op dat moment bij de ombudsman was. WIJ adviseert de man dan ook om altijd de telefoon op te nemen. Ook als hij in gesprek is met andere instanties. Een belafspraak maken is niet mogelijk. Toch vraagt WIJ de instantie om nog dezelfde dag contact met de man op te nemen. De ombudsman vertelt de man dat hij snel gebeld kan worden. Omdat de man later niets meer van zich laat horen, denkt de ombudsman dat het contact eindelijk gelukt is.