U bent hier

Stank en lawaai in de steeg

Trefwoorden: overlast, geluidsmetingen

Een vrouw ervaart geur- en geluidsoverlast door de werkzaamheden van het brommer- en scooterbedrijf in de steeg bij haar woning. Ze dient eerst een melding en later een klacht in bij de gemeente. Over de afhandeling hiervan is de vrouw echter niet tevreden. Ze gaat daarom naar de ombudsman.
Uit het onderzoek van de ombudsman komt naar voren dat de gemeente in eerste instantie niet adequaat op de melding heeft gereageerd door niet te gaan kijken en luisteren. Naar aanleiding van de klacht van de vrouw herstelt de gemeente dat. Zij gaat langs bij de vrouw en doet verschillende geluidsmetingen. Op basis hiervan constateert de gemeente dat er door het bedrijf geen normen worden overschreden. De ombudsman vindt het netjes dat de gemeente de vrouw in tweede instantie serieus heeft genomen, hoewel deze uitkomst niet is wat de vrouw beoogt met haar klacht.
De vrouw vindt de meetmomenten van de gemeente niet representatief. Op het moment dat een inspecteur op bezoek kwam, werd er niet gewerkt in de werkplaats en in de periode waarin de geluidsmetingen plaatsvonden was er sprake van een strenge lockdown vanwege corona. De vrouw stelt dat de overlast ‘zich altijd onverwacht en op uiteenlopende tijdstippen voordoet’.
Voor de gemeente maakt dat een inspectie lastig. Dat heeft de ombudsman zelf op verschillende tijdstippen bij het bedrijf en bij de woning van de vrouw ook kunnen vaststellen. Op die momenten was er geen sprake van enige activiteit in en rond de werkplaats van het bedrijf. Er was toen niets te horen of te ruiken dat verband kon hebben met het bedrijf. De gemeente meldt dat er wel een situatie lijkt te zijn waarin de overlast zich naar alle waarschijnlijkheid kan voordoen en dat is bij warm en stil weer. De ombudsman doet de gemeente daarom de aanbeveling om tijdens een warme dag met weinig wind ter plekke te gaan om te onderzoeken of er sprake is van overlast en of daarbij de normen worden overschreden.
De ombudsman raadt de vrouw daarnaast aan om zelf contact op te nemen met de gemeente als ze overlast ervaart. Het is namelijk niet zeker of de gemeente en zij dezelfde definitie hebben van ‘een warme dag met weinig wind’. Een week of 6 later laat de gemeente weten op een warme dag met weinig wind te hebben gemeten en geroken. Er is geen overschrijding van de betreffende geluidsnormen vastgesteld. Ook is er geen benzinelucht geroken. Enkele weken later gaat de gemeente op een warme dag opnieuw meten. Ook dan wordt geen overschrijding van de geluidsnormen vastgesteld, hoewel een scooter er ca. 5 minuten stationair staat te draaien. Wel is kortstondig een benzinegeur waargenomen. De gemeente laat weten dat gezien de lengte en intensiteit van de geurwaarneming daar geen actie op wordt ondernomen. De vrouw laat weten teleurgesteld te zijn over de uitkomsten.