Zorg over zorg
24.1.060
Trefwoorden: WMO
Een man meldt zich namens zijn moeder. Door gemeentelijk beleid wordt de huishoudelijke hulp geleverd door een nieuwe zorgaanbieder. Deze overgang loopt niet soepel. Tijdens dit proces is niet voldoende gecommuniceerd met de moeder en haar familie. De familie kan hierdoor de extra hulp die zij zelf inzetten niet goed plannen. Ook ontvangt de moeder ineens minder zorg dan waar zij volgens de indicatie recht op heeft. Er is veel onduidelijkheid of en van welke indicatie er uitgegaan moet worden. De man mist sturing van de gemeente op de verplichte overgang. Hij maakt zich zorgen dat het gemeentelijk beleid een negatieve impact heeft op de kwaliteit van de zorg.
De ombudsman onderzoekt het beleid niet, maar wel het proces. De gemeente is als toezichthouder verantwoordelijk voor toezicht op de zorgaanbieder. Na het signaal van de ombudsman spreekt zij de zorgaanbieder aan op de gebrekkige communicatie tijdens de overgang. Dat er minder zorg geleverd is, is volgens de gemeente overmacht. Dit komt door een personeelstekort. De zorgaanbieder levert nog wel genoeg uren om binnen de contractafspraken met de gemeente te blijven. De gemeente stelt wel dat de zorgaanbieder de communicatie in dit soort situaties kan verbeteren. Dan kan de familie misschien zelf meer hulp bieden om te zorgen dat de moeder toch de benodigde hulp krijgt. De gemeente ziet toe op verbetering en neemt maatregelen indien nodig.