VTO komt als een verrassing
24.6.024
Norm: transparant
Een moeder vertelt de ombudsman dat WIJ een verzoek tot onderzoek (VTO) heeft ingediend bij de Raad voor de Kinderbescherming (RvdK). Het VTO komt voor haar als een verrassing. Er is volgens haar geen reden of aanleiding voor. Ze ziet dat in het VTO zorgelijke feiten worden aangedragen als recente gebeurtenissen, terwijl die al even geleden zijn. De eventuele zorgen van toen zijn er nu niet meer. De vrouw stuurt de ombudsman het VTO met haar opmerkingen. De ombudsman gaat na of deze opmerkingen ook de RvdK hebben bereikt omdat die inmiddels onderzoek doet. En dat is het geval. Verder gaat de ombudsman in gesprek met WIJ. Die meldt de ombudsman dat zij vooraf aan het VTO in gesprek wilde met de vrouw. Ze begrijpen dat een VTO en zeker de inhoud daarvan wat rauw op haar dak kunnen vallen. De vrouw ging echter niet in op hun voorstel en vroeg WIJ het VTO naar haar te sturen. WIJ vond dat niet wenselijk maar heeft dat uiteindelijk wel gedaan. Pas na de zogenaamde Jeugdbeschermingstafel heeft de vrouw haar opmerkingen op het VTO naar WIJ gestuurd. Toen lag het VTO echter al bij de RvdK.
De vrouw ontkent dat WIJ met haar in gesprek wilde. In de correspondentie die de ombudsman van haar heeft ontvangen, ziet de ombudsman dat WIJ dat wel degelijk wilde. Ook zegt de vrouw haar commentaar al eerder naar WIJ te hebben gestuurd. Dat ziet de ombudsman niet in de stukken van de vrouw terug. Omdat de RvdK nu onderzoek doet naar de aanleiding voor het VTO en het commentaar van de vrouw op het VTO daarbij betrokken wordt, houden verdere bemoeienissen van de ombudsman met deze zaak op.